Wiskunde.netLogo Wiskunde


TIP: Wil je ook toegang tot meer dan 16.000 video-uitwerkingen? Meld je dan snel aan! Klik hier...

Antwoorden 1.4 Exponentiele groei en procenten VMBO 4 KGT

Boek: Getal & Ruimte - Verbanden 1 VMBO 4 (deel 1) opgaven 41 t/m 62, 2011
Van percentage naar groeifactor
Bij een toename van 5,5% krijg je 100% + 5,5% = 105,5%. De groeifactor die we dan krijgen is: 105,5 / 100 = 1,055.
Bij een afname van 5,5% krijg je 100% - 5,5% = 94,5%. De groeifactor die we dan krijgen is: 94,5 / 100 = 0,945.
41.
a. Bedrag dat op de bank wordt gezet is: 250 euro.
b. 1,035 x 100% = 103,5%. Dus de toename is 3,5%.
c. Na 2 jaar staat er op de bank: 250 x 1,0352 = 267,81 euro.
d. Na 3 jaar staat er op de bank: 250 x 1,0353 = 277,18 euro.

42.
Tip:
Bij een toename van 1,2% krijg je 100% + 1,2% = 101,2%. De groeifactor die we dan krijgen is: 101,2 / 100 = 1,012.
a. formule: aantal = 175 x 1,012t
b. Bij 2008 hoort t = 2. We krijgen dan aantal = 175 x 1,0122 = 179 leguanen
c. Bij 2020 hoort t = 14. We krijgen dan aantal = 175 x 1,01214 = 207 leguanen
d. Bij t = 59 gaan we voor het eerst door de 350 heen. Dat is dus in 2065.
Tip: laat de formule 175*1.012^4 in je rekenmachine staan en kies steeds een hogere waarde van t.

43.
formule begingetal groeifactor toename in % hoeveelheid na 5 jaar
B = 300 x 1,15t 300 1,15 15% 603,41
B = 300 x 1,08t 300 1,08 8% 440,80
B = 80 x 1,12t 80 1,12 12% 140,99
B = 1800 x 1,003t 1800 1,003 0,3% 1827,16


44.
formule begingetal groeifactor toename in % hoeveelheid na 10 jaar
B = 600 x 1,07t 600 1,07 7% 1180,29
B = 500 x 1,08t 500 1,08 8% 1079,46
B = 250 x 2,5t 250 2,5 150% 2 384 185,79
B = 1800 x 1,23t 1800 1,23 23% 14 266,70


45.
Tip:
2 dagen is gelijk aan 48 uur
a. Bij t = 0 is de hoogte: 425 x 0,950 = 425 cm
b. Bij t = 5 is de hoogte: 425 x 0,955 = 328,9 cm
c. 0,95 x 100% = 95% en 95% - 100% = -5%
d. Bij t = 48 is de hoogte: 425 x 0,9548 = 36,2 cm

46.
Tip:
Formule: aantal = begingetal x groeifactortijd
a. formule van de luchtdruk in de band = 2,5 x 0,9t
b. Neem t = 2 levert: luchtdruk = 2,5 x 0,92 = 2,025 bar
Wiskunde antwoorden
47.
Tip:
3 kwartier = 0,75 uur
1 uur = 3600 sec
0,01 uur = 36 sec
0,58 uur = 2088 sec
En 2088 sec / 60 = 34,8 minuten en 0,8 minuten is 48 sec.
a. Neem t = 0,75 levert: luchtdruk = 2,5 x 0,90,75 = 2,31 bar
b. Bij t = 6 is de druk nog 1,33 en bij t = 7 is de druk 1,20. Met inklemmen kies t = 6,57 en t = 6,58. Bij t = 6,58 schiet de druk onder de 1,25.
c. 6,58 uur => 6 uur en 34 minuten en 48 sec.

48.
Tip:
groeifactor = (100% - 17,5%) / 100
a. Formule: 1500 x 0,825t
b. Bij t = 3 dan is de waarde: 1500 x 0,8253 = 842,27 euro
c. Bij t = 3 is de waarde 842,27 euro (dus nog niet op de helft) en bij t = 4 is de waarde 694,88 euro. Dus wel gehalveerd. Dus na 4 jaar.
d. Bij t = 5 dan is de waarde: 1500 x 0,8255 = 573,27 euro. Dus de verkoopprijs is hoger dan de waarde. Dus een goede deal.

49.
begingetal in euro afname in % groeifactor formule hoeveelheid na 5 jaar
300 15% 0,85 B = 300 x 0,85t 133,11 euro
300 35% 0,65 B = 300 x 0,65t 34,81 euro
200 13% 0,87 B = 200 x 0,87t 99,68 euro


50.
Tip:
groeifactor = (100% +/- %) / 100
begingetal in euro afname/toename in % groeifactor formule hoeveelheid na 8 jaar
200 -1,3% 0,987 B = 200 x 0,987t 180,12 euro
500 25% 1,25 B = 500 x 1,25t 2980,23 euro
150 0,7% 1,007 B = 150 x 1,007t 158,61 euro


51.
Tip:
Formule: aantal = begingetal x groeifactorn
a. groeifactor = (100% - 25%) / 100 = 0,75
b. Beginhoogte = 3 meter
c. Hoogte = begingetal x groeifactorn = 3 x 0,75n
d. hoogte bal = 3 x 0,753 = 1,27 meter

52.
Tip:
t = 0 hoort bij 2008 dan hoort t = 4 bij 2012
a. Formule aantal werknemers: 203 x 0,89t
b. Invullen t = 4 levert: 203 x 0,894 ≈ 127 mensen
c. Invullen t = 7 levert: 203 x 0,897 ≈ 90 mensen
d. Gebruik de formule om in te klemmen:
bij t = 11 levert 56 mensen
bij t = 12 levert 50 mensen
bij t = 13 levert 45 mensen
Dus op 1 januari 2020 staan we op 50 mensen. Dus in de loop van 2020 komen we onder de 50 werknemers.

53.
Tip:
Van groeifactor naar percentage is: (groeifactor x 100) - 100
a. groeifactor = 1,23 levert: (1,23 x 100) - 100 = 23%
b. De oppervlakte is verdubbeld bij 24 m2.
Bij t = 3 is de oppervlakte kroos: 12 x 1,233 = 22,33 m2 (net te weinig)
Bij t = 4 is de oppervlakte kroos: 12 x 1,234 = 27,47 m2
Dus na 4 dagen.
c. Bij welke t is de oppervlakte gelijk aan 80?
Bij t = 9 is de oppervlakte kroos: 12 x 1,239 = 77,33 m2 (net te weinig)
Bij t = 10 is de oppervlakte kroos: 12 x 1,2310 = 95,11 m2
Dus na 10 dagen.

54.
Tip:
Er is sprake van een verdubbeling als de oppervlakte gelijk is aan 12. Dus bij welke t is de oppervlakte kroos 12?
Bij t = 6 is de oppervlakte kroos: 6 x 1,126 = 11,84 m2 (net te weinig)
Bij t = 7 is de oppervlakte kroos: 6 x 1,127 = 13,26 m2
Dus na 7 dagen is de oppervlakte kroos verdubbeld.

55.
Tip:
Laat de formule steeds in je rekenmachine staan!
a. (0,86 x 100) - 100 = -14%
b. Na hoeveel weken is het aantal vissen gelijk aan 25?
Bij t = 4 is het aantal vissen gedaald tot: 50 x 0,864 = 27,35 vissen (net te weinig)
Bij t = 5 is het aantal vissen gedaald tot: 50 x 0,865 = 23,52 vissen
Bij t = 4,5 is het aantal vissen gedaald tot: 50 x 0,864,5 = 25,36 vissen (we zijn er bijna!)
Bij t = 4,6 is het aantal vissen gedaald tot: 50 x 0,864,6 = 24,98 vissen (we zijn er!)
Dus na 4,6 weken is de hoeveelheid vissen gehalveerd.

56.
Bij een afname van 8,2% hoort een groeifactor: (100% - 8,2%) / 100 = 0,918
Formule wordt: 1200 x 0,918t, t in jaren
Wanneer is het aantal zeeleeuwen gelijk aan 600?
Bij t = 8 krijgen we: aantal = 1200 x 0,9188 ≈ 605
Bij t = 9 krijgen we: aantal = 1200 x 0,9189 ≈ 556

Bij t = 8,1 krijgen we: aantal = 1200 x 0,9188,1 ≈ 600,08 (bijna!)
Bij t = 8,2 krijgen we: aantal = 1200 x 0,9188,2 ≈ 594,96
Dus de halveringstijd is 8,2 jaren.

57.
a. groeifactor: (100% - 11%) / 100 = 0,89
b. Formule: 100 x 0,89t
Bij t = 5 krijgen we: aantal = 100 x 0,895 ≈ 55,84
Bij t = 6 krijgen we: aantal = 100 x 0,896 ≈ 49,70
Dus de halveringstijd is 6 maanden.

58.
a. Nee, want na 3200 jaar is er nog de helft van de helft (is 1/4) over.
b. Na 1600 jaar is de hoeveelheid gehalveerd. Dus is er nog 4 kg over.
c. Na nog eens 1600 jaar is die 4 kg weer gehalveerd. Je houdt dus 2 kg over.
d. Kies: aantal kg = 8 x 0,999561600 ≈ 4. Als je formule I en II tot de macht 1600 neemt, dan gaat het naar 0. Dus geen halvering na 1600 jaar. Sterker nog: formule I heeft een halvering na 1 jaar!

59.
Tip:
groeifactor = (100% + 2,5%) / 100 = 1,025
Het bedrag na 2 jaar is: 600 x 1,0252 ≈ 630,375 euro

60.
Bij t = 11 krijgen we: aantal = 600 x 1,02511 ≈ 787,25 euro
Bij t = 12 krijgen we: aantal = 600 x 1,02512 ≈ 806,93 euro
Dus na 12 jaren.

61.
Tip:
Benader het antwoord met inklemmen. Start zelf met een rente percentage. Start bijv. met 10% en kijk wat het eindbedrag is.
kies rente %: 10% dit levert: 600 x 1,102 ≈ 726 euro
kies rente %: 15% dit levert: 600 x 1,152 ≈ 793,50 euro (nog net te weinig)
kies rente %: 16% dit levert: 600 x 1,162 ≈ 807,36 (net te veel) euro

kies rente %: 15,4% dit levert: 600 x 1,1542 ≈ 799,03 euro
kies rente %: 15,5% dit levert: 600 x 1,1552 ≈ 800,42 euro
Dus het rentepercentage is 15,5%

62.
Formule: b = 600 x 1,115t


Andere paragrafen:
1.1. Machtsverbanden (1 t/m 15)
1.2. Wortelverbanden (16 t/m 29)
1.3. Exponentiële verbanden (30 t/m 40)
1.4. Exponentiele groei en procenten (41 t/m 62)
1.5. Gemengde opgaven (63 t/m 73)

Geef je mening aan ons:
Review
Tevreden? Laat het ons weten!
Schrijf een review...

Uniek voor docenten en scholen:
Op school
Onze video's op uw school via WIFI? Meld mijn school aan...

Nog geen abonnement? Vraag het je ouders!
Vraag ouders
Meld mij aan...

Hoe maken wij onze video's?
Word ook lid!


Een virtuele tour:
Hoe werkt wiskunde.net?